Dergelijke uitdrukkingen typeren de schrijfstijl van Zantingh. Hij schrijft ráák- is sterk observerend en hanteert opvallend originele uitdrukkingen. Soms heeft het bijna iets poëtisch, zoals wanneer Joey op vakantie in Griekenland een gesprek over zijn toekomst vermijdt: Hij tuurde over het water en het water deelde duizend knipoogjes uit. (p. 75) En op pagina 61 staat een korte passage met werkelijk het meest roerende, allerliefste moeder-kind moment dat ik ooit gelezen heb. Bijzonder treffend.
Het is bewonderenswaardig hoe debutant Zantingh de emoties van zijn hoofdpersoon Johan weet te verwoorden. Zijn gedachten, zijn gevoelens – zo gemeend en overtuigend dat je als lezer geneigd bent dit boek te beschouwen als de verwerking van een door Zantingh persoonlijk geleden verlies. Dat is knap, maar tegelijkertijd –voor mij, al is het wellicht erg flauw- ook júist het zwakke punt van het verhaal. Tijdens het lezen van gevoelige, intieme passages was ik me er voortdurend van bewust dat het ‘slechts’ fictief is. En voelde ik me bijna bedrogen, voor de gek gehouden (wat overigens niet inhoudt dat ik echt iemand dood had gewenst, dit even voor de goede orde) Welbeschouwd benadrukt dit punt van kritiek de overtuigingskracht van de roman natuurlijk eigenlijk des te meer.
Bijzonder boek, geschikt voor Young Adults en herkenbaar voor mannen, maar mooi voor iedereen.
ØØØOO
Auteur(s): Peter Zantingh
NUR: Literaire roman, novelle
ISBN: 9789029578455
Paperback, € 18,50, 208 pagina's, 2011
Uitgever: Arbeiderspers