Als het aan Charles Lewinsky zelf had gelegen had zijn
onlangs uit het Duits vertaalde roman Terugkeer
ongewenst zijn oorspronkelijke titel
gehouden: Gerron.
Ondanks deze niet erg ‘klinkende’ naam is na lezing duidelijk
waarom. Dit boek ís Gerron. De
in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw beroemde Joodse acteur en regisseur
Kurt Gerron. Een toneelnaam, want oorspronkelijk was zijn naam Gerson, verbasterd uit het oud-Hebreeuws: ‘een
buitenstaander’. Precies dat blijkt hij hier ook te zijn. Deze echt bestaande figuur is fictief
ingevuld door Lewinsky die haast letterlijk in de huid van Gerron kruipt en
hem als ik-verteller zijn relaas laat doen. Hoewel het boek bijna niet te
vergelijken valt met Lewinsky’s eerdere romans, wordt onwillekeurig weer bewondering
afgedwongen: wat kan die man schrijven.
Wanneer Gerron begint te vertellen zit hij in Theresienstadt,
een Duits jodenkamp in Tsjechië waar tijdens de WOII prominente Joden ‘bewaard’
worden om zo nodig tentoon gesteld te kunnen worden ten overstaan van de wereld. Gerrons
situatie is extra netelig aangezien hij gevraagd is een propagandafilm over het
‘goede leven’ in Theresienstadt te regisseren. Een onoverkomelijk
gewetensconflict; weigert hij dan gaan hij (en –erger nog- zijn vrouw Olga) op
definitief transport naar Auschwitz, accepteert hij de opdracht dan betekent
dat onherroepelijk en paradoxaal genoeg het einde van het bestaan van Gerron.
Zolang hij zijn herinneringen heeft, weet Gerron wat en
dus wie hij is. En zolang je weet wie je bent, ben je een persoon, een mens. Van
existentieel belang in onmenselijke omstandigheden. Tot het doek definitief
valt in Theresienstadt (in oktober 1944 werden Gerron en Olga op transport
gesteld en vergast) is Gerron regisseur van zijn eigen leven. Speelde de
rollen van de persoon die hij wilde zijn. De goede echtgenoot, de strenge maar rechtvaardige
regisseur, de eeuwige zanger van Berthold Brecht’s ‘haaienlied’, noem maar op. Terugblikkend
op zijn leven speelt hij nu voor zelf-analyticus en toneelcriticus van de
vernietigendste soort.
De ‘hemelse dramaturg’ moet zich rot hebben zitten lachen
om het stuk dat Gerrons’ leven moest voorstellen, zo concludeert hij. Achteraf
terugkijkend is altijd alles begrijpelijk: verkeerde beslissingen op achteraf
beschouwd cruciale momenten. Ironie voert de boventoon. Toen hij begin jaren
dertig op het hoogtepunt van zijn carrière de kans afsloeg om naar Amerika te
gaan, miste hij het juiste moment om het toneel te verlaten, uit pure
acteursijdelheid.
Zijn opportunistische, door hem verachte collega Alemann, die altijd weer de
boel mooier maakte en voortdurend de dans wist te ontspringen, sterkte Gerrons
persoonlijke moraal; zo moest het dus niet. Híj boog beslist niet voor de
oprukkende Nazi’s in de absurde beginjaren van de WOII, waarvan hij trouwens nog
enkele jaren in Nederland (Scheveningen) doorbracht. Beslissingen met die
houding genomen deden hem echter uiteindelijk in Theresienkamp belanden.
En daar beseft Gerron dat hij niet veel anders is dan de
vele Alemannen in zijn leven. Dat hij kampgenoten tracht te redden door ze een rol
te geven in zijn propagandafilm (want ‘wie belangrijk is wordt niet afgevoerd’)
doet niet af aan het ontluisterende feit dat ook hij niets anders doet dan
proberen zijn eigen hachje te redden. In zijn laatste dubieuze glansrol als
regisseur verliest hij dan tenslotte toch zichzelf, een paar dagen voordat ook zijn fysieke bestaan beëindigd wordt. Er zijn 15 minuten van zijn
film bewaard gebleven: beslist de moeite waard deze beelden te bekijken via de
link die te vinden is op Wikipedia.
Terugkeer ongewenst
is een waar meesterwerk dat indruk maakt op alle fronten. Met Gerron
als schijnbaar onbetrouwbare verteller –dikwijls spiegelt deze de werkelijkheid
mooier voor dan ze eigenlijk was om ze vervolgens te corrigeren met de confronterende
woorden “Maar zo was het niet”- geeft Lewinsky zijn lezers aan dat het gaat om zijn persoonlijke inkleuring van het natuurlijk verder onbekende gevoelsleven van Kurt
Gerson. De waarheid ligt altijd in het midden, net zo onduidelijk als de grens tussen goed en kwaad. Dat maakt het verhaal er niet minder schrijnend, noch minder knap
geconstrueerd door. Complimenten ook aan vertaalster Elly Schipper die er een
zware kluif aan zal hebben gehad om het toneeljargon en de fraaie toneelgerelateerde beeldspraken (met name de werkelijk eindeloos
doorgevoerde metaforen) met behoud van juiste toon en intentie te
vertalen. Het boek vertelt uit een zo danig originele invalshoek en in zulke prachtig
beeldende taal van de verschrikkingen van de WOII dat je je er bijna voor zou
schamen dat het lezen ervan zo’n verrukkelijke ervaring is.
ØØØØØ
Auteur(s): Charles Lewinsky
NUR: Vertaalde literaire roman, novelle
ISBN: 9789056724108
Gebonden, € 22,95, 448 pagina's, 2012
Uitgever: Signatuur