donderdag 2 februari 2012

Nooit ziek geweest - Nico Dijkshoorn

Tenenkrommend, verbijsterend, onvoorstelbaar – een paar termen die na (maar vooral ook tijdens) het lezen opkomen bij Dijkshoorns’ eerste heuse roman Nooit ziek geweest. In de van televisie bekende zo typische Nico Dijkshoornse stijl geschreven. Korte, treffende zinnen – meest duidend op eeuwig en overal vindbare ironie, verwoord in mild tot bijtend sarcasme. Humoristisch ja, tot op zekere hoogte. Schrijnend des te meer.

Dijkshoorn schrijft autobiografisch. Het is een roman over zijn vader (en in iets mindere mate zijn moeder) van wie hij een beeld schetst aan de hand van gebeurtenissen uit zijn jeugd tot in het heden. “Klaassie” Dijkshoorn blijkt een man van de overheersende trap. In alles is hij de beste, de leukste, de grappigste, de meest gewaardeerde. In zijn eigen kleine universum dan, die vooral uit de honkballerij en zijn familie en kennissenkring bestaat. En –al bedoelt hij het niet eens echt kwaad- in zijn egocentrisme gaat hij totaal voorbij aan de gevoelens van anderen. Koste wat kost moet Klaassie de aandacht krijgen, anders heeft hij de pee in en is ongelukkig en vooral ongenietbaar.

Op verschillende cruciale momenten en op gegeven moment haast tegen beter weten in proberen Nico en zijn twee broers hun vader hiermee te confronteren. Hem tot inzicht en inkeer te dwingen. Om eindelijk toch eens de waardering die een zoon vanzelfsprekend van zijn vader wenst te krijgen.  Tevergeefs. De man lijkt het niet te willen bevatten, kán het op het laatst echt niet meer bevatten wanneer hij door Alzheimer is afgetakeld tot de risee uit zijn eigen vroegere grappen.

Dat klinkt tragisch. Dat ís het natuurlijk ook. Maar na legio bloedergerlijke scènes (bijvoorbeeld als opa Klaas het nodig vindt zijn kleinzoon tussen neus en lippen door voortijdig in te lichten over de waarheid rond Sinterklaas; in het gunstigste geval toch het recht van de ouders, in meer’ formelere’ omstandigheden) waarin je als lezer regelmatig door plaatsvervangende schaamte wordt bekropen, is het toch een tikkeltje moeilijk medelijden te hebben met een man die zelf gespeend lijkt van enig empatisch vermogen.

Daarnaast maakt Dijkshoorn van zijn ouders – en met name zijn moeder- tegen het eind wel erg karikaturele figuren. Dijkshoorn schrijft zijn hele verhaal pontificaal en open, zonder mededogen, maar overwegend zonder te (ver)oordelen. Tijdens de escalatie van de steeds onhoudbare situatie tussen zijn ouders echter dreigt hij zich alsnog te verliezen in zijn sarcastische – dus veroordelende- stijl. De onvermijdelijke afloop wordt zo haast absurdisch neergezet, bijna op het belachelijke af. Niet meer geloofwaardig. En dat zal toch niet de bedoeling zijn geweest van Dijkshoorn, die zich ondanks alle tegenwerking een bijzonder bewonderenswaardige, liefhebbende zoon heeft betoond. En tegelijkertijd soms meer van zijn vader blijkt weg te hebben dan hem wellicht lief is… Hoe dan ook: waardering voor Dijkshoorn als zoon én voor zijn eerste roman.  Híj zal ongetwijfeld groeien van kritiek.

ØØØOO




















Auteur(s): Nico Dijkshoorn
NUR: Literaire roman, novelle
ISBN: 9789025435851 
Paperback, € 18,95, 336 pagina's, 2012
Uitgever: Contact

Geen opmerkingen:

Een reactie posten