Het Victoriaanse
huis mag een historische roman heten, zeker, maar eigenlijk is de
omschrijving “spookverhaal” een toereikender aanduiding. De oorspronkelijke, Engelse
titel geeft het wel al duidelijk aan: The
haunted house. Een spookverhaal in de trant van Charles Dickens en –bij vlagen-
Edgar Allen Poe.
Met een sterke openingszin zet auteur John Boyne
direct de toon. Stijl, karakter, plot en sfeer staan in die eerste elf woorden meteen
geschetst. De eenentwintigjarige Eliza Caine is een zelfredzame, voor haar tijd
-1867- modern denkende vrouw die net haar vader verloren heeft. Alleen achtergebleven besluit ze in een impuls
te reageren op een advertentie waarin een gouvernante wordt gezocht. Het brengt
haar naar het afgelegen platteland en een prachtig, maar merkwaardig landgoed
met dito landhuis. Eliza is al de vijfde gouvernante binnen een jaar van
Eustace en Isabella – acht en respectievelijk twaalf jaar oud- die door hun
ouders in de steek lijken te zijn gelaten. Samen met de onbeschaafde koetsier,
de nukkige huishoudster en de burgerlijke notaris – figuren die zo uit een
roman van Dickens gelopen kunnen zijn – draagt Eliza de zorg voor de twee
kinderen. Ze stuit echter op tegenwerking en weldra beginnen haar ongelukken te
overkomen. Met het schrikbeeld van haar overleden
voorgangsters en het welzijn van de kinderen in gedachten gaat Eliza op
onderzoek uit. En ontdekt dan hoe moeilijk het is te vechten tegen een vijand van
bovennatuurlijke herkomst.
Geweldige setting en origineel uitgangspunt, prachtig
gevonden helemaal in Dickensiaanse sfeer. Boyne is duidelijk een bewonderaar
van Dickens verteltalent. Hij laat Eliza op gegeven ogenblik diens manier van
vertellen treffend omschrijven- om zijn eigen verhaal vervolgens op precies die
wijze zélf te brengen. Hier en daar is het verhaal creepy en macaber, als de
duistere verhalen van Edgar Allen Poe, hoewel Boyne er hier wat minder in
slaagt zijn voorbeeld na te streven. Eliza –die aanvankelijk beweert nog nooit
echt angst te hebben gevoeld in haar leven- wordt in het victoriaans huis wel
degelijk bang. Helaas is haar beweerde doodsangst niet héél overtuigend. De
vanzelfsprekendheid waarmee het nuchtere meisje het bestaan van geesten
accepteert en haar extreme koelbloedigheid op momenten waar je hysterie en op
zijn minst onthutsing zou verwachten, zwakken de spanning af. Nergens grijpt het
verhaal echt naar de keel, ook het waarschijnlijk wel zo bedoelde einde niet.
Zowel qua plot als sfeer valt Het victoriaanse huis daardoor al met al een tikkeltje tegen. Maar hoewel er
als spookverhaal in negentiende eeuwse stijl misschien meer uit te halen was
geweest, is het als roman een prettig leesbaar, helder geschreven en
onderhoudend boek. Vóór het slapengaan lezen
om de spanningsfactor te vergroten is het advies. Of juist niet natuurlijk.
ØØØOO
Auteur(s): John Boyne
NUR: Vertaalde literaire roman, novelle
ISBN: 9789022568354
Paperback, € 19,95, 2013
Uitgever: Boekerij